Wat is het Bouwbesluit?
Het Bouwbesluit bestaat uit eisen die worden gesteld aan de energiezuinigheid van utiliteitsgebouwen en nieuwe woningen. De artikelen 3.1 tot 3.4 binnen het Bouwbesluit gaan over bescherming tegen geluid van buiten, installaties, galm en geluidswering tussen ruimten.
3.1 Bescherming tegen geluid van buiten
In het eerste artikel over geluid gaat het over geluidwering van buiten bij een te bouwen bouwwerk in een verblijfsgebied. Hieronder vallen verschillende soorten geluiden van buiten:
- Geluid van buiten – Uitwendige scheidingsconstructie van een verblijfsgebied heeft een geluidswering van minimaal 20 dB
- Industrie-, weg of spoorweglawaai – Geluidwering van een uitwendige scheidingsconstructie van een verblijfsgebied is niet kleiner dan de hoogst toelaatbare geluidsbelasting voor industrie-, weg- of spoorweglawaai. 35 dB bij industrielawaai of 33 dB bij weg- of spoorweglawaai
3.2 Bescherming tegen geluid van installaties
Er moet bescherming geboden worden tegen het geluid van installaties bij een te bouwen bouwwerk. Dit geldt voor verschillende installaties:
- Aangrenzend perceel – Waterinstallaties zoals een waterdruksysteem, kraan of wc, een mechanisch ventilatie systeem of installaties zoals een lift mogen een geluidsniveau van maximaal 30 dB veroorzaken op een aangrenzend perceel gelegen verblijfsgebied
- Zelfde perceel – Een installatie voor warmteopwekking, warmteterugwinning of luchtverversing mag het maximale geluidsniveau niet hoger zijn dan 30 dB
3.3 Beperking van galm
Een te bouwen woongebouw heeft een zodanige geluidsabsorptie in gemeenschappelijke verkeersruimte dat geluidshinder wordt beperkt. Geldig op verkeersruimte die besloten gemeenschappelijk zijn voor het ontsluiten van een woonfunctie en grenzen aan een niet-gemeenschappelijke ruimte van een woonfunctie. De totale geluidsabsorptie, uitgedrukt in m², mag niet kleiner zijn dan 1/8 van de inhoud van de ruimte, uitgedrukt in m³. Dit is in elk van de octaafbanden met middenfrequenties 250, 500, 1.000 en 2.000 Hz.
3.4 Geluidwering tussen ruimten
Er wordt bescherming geboden tegen geluidsoverlast tussen gebruiksfuncties en ruimten in een woonfunctie, als deze in het te bouwen bouwwerk ligt. Dit geldt voor:
- Ander perceel – De geluidsoverdracht van een besloten ruimte naar een verblijfsgebied van een aangrenzende gebruiksfunctie is niet kleiner dan 52 dB. Bij een besloten ruimte naar een niet in verblijfsgebied gelegen besloten ruimte van een aangrenzende woonfunctie op een ander perceel is de geluidsoverdracht niet kleiner dan 47 dB
- Hetzelfde perceel – Het lucht-geluidniveauverschil van geluidsoverdracht is niet kleiner dan 52 dB van een besloten ruimte naar een verblijfsgebied van aangrenzende woonfunctie. Het lucht-geluidniveau verschil voor geluidsoverdracht is niet kleiner dan 47 dB van een besloten ruimte naar een besloten ruimte in een verblijfsgebied van aangrenzende woonfunctie op hetzelfde perceel
- Verblijfsruimten dezelfde woonfunctie – Het lucht-geluidniveau voor geluidsoverdracht is niet groter dan 32 dB van een verblijfsruimte naar een andere verblijfsruimte van dezelfde woonfunctie. Het gewogen contact-geluidniveau voor geluidsoverdracht is niet groter dan 79 dB van een verblijfsruimte naar een andere verblijfsruimte met dezelfde functie